Ruzie aan de eettafel?

 Veel kennen de gebruikelijke ruzies en onrust tijdens de gezamenlijke maaltijd, kinderen die elkaar schoppen, niet luisteren, van tafel willen, een jong kind aan het hoofd van de tafel die de dienst uit maakt en ouders die te boos worden. Als we dit systemisch bekijken dan gaan we uit van een juiste volgorde. In het ideale geval zitten de ouders naast elkaar; vader rechts van moeder, moeder links van vader. Kinderen zien letterlijk het beeld van hun ouders naast elkaar en zien hen ook als team. Het gaat om dit innerlijk beeld dat belangrijk is. Bij een gezin met één of twee kinderen zou ik er voor kiezen om de kinderen tegenover de ouders te zetten. Waarbij de oudste tegenover de vader zit en dan richting moeder de andere kinderen. Zo is er duidelijkheid over de plek van de ouders en de plek van de kinderen. Als een van de kinderen naast een ouder komt te zitten en de ander niet, kan dat verwarrend zijn. Soms gaat het om een samengesteld gezin en dan is het ook een kwestie van uitproberen. Welke plek voelt goed en geeft rust. Het is waarschijnlijk even wennen. Na een paar weken zal je gaan merken dat het steeds gewoner wordt om zo te zitten. En misschien merk je ook dat er patronen veranderen. Houdt een termijn aan van 5-6 weken. 

Verschil ADHD en HSP

Hoe zit dat nu?

Een hoogsensitief kind dat overprikkeld is, laat gedrag laat zien dat sterk lijkt op dat van een kind met AD(H)D.

Om de verschillen te zien kijk ik naar hoe een kind in ontspannen toestand is.

Een kind met AD(H)D is, ook als het ontspannen is, doorgaans impulsief, hyperactief en snel afgeleid.

Een hoogsensitief kind daarentegen, is als het ontspannen is, weloverwogen in zijn beslissingen, kan zich prima organiseren, is oplettend en niet hyperactief. 

 
Andere verschillen zijn:

  1. In het algemeen is iemand met ADHD chaotischer dan iemand die HSP is. Ze zijn bijvoorbeeld beiden creatief, maar bij een HSP'er is deze creativiteit gerichter.

  2. HSP 's hebben een intensere en verwerking, waardoor ze vaak meer tijd nodig hebben om dingen te verwerken. Ze leren dan ook vaak langzaam, maar grondig. Iemand met ADHD leert juist snel en meer globaal.

  3. Iemand die HSP is heeft eerder de neiging om te pauzeren en te reflecteren, voordat er gehandeld wordt. Terwijl iemand met ADHD vaker impulsief is en ergens ingaat zonder na denken. 

Hoogbegaafdheid = anders leren.

Vaak wordt hoogbegaafdheid niet herkend in de klas. Het kind laat namelijk vaak gedrag zien als: onoplettendheid, bewegelijkheid, onderpresteren en geen aansluiting bij klasgenoten. Vaak vinden ze school saai en herhalen van lesstof is helemaal niet om door te komen. Hierdoor wordt het kind eerder als lastig en vervelend gezien of er wordt gedacht dat het kind niet kan meekomen met de lesstof. 

Hoogbegaafde kinderen leren namelijk op een andere manier (topdown).  


Top-down denken betekent dat je eerst het geheel moet ziet en daarna pas de delen.  Top-down denkers gaan niet graag aan de slag als ze geen goede reden zien om dat te doen.Op deze manier snapt een kind welke onderliggende kennis en vaardigheden geleerd moeten worden om daar te komen en waarom het dus nuttig is om bepaalde kennis op te doen of een vaardigheid te oefenen. Dit versterkt de motivatie enorm en vergroot de kans dat informatie ook daadwerkelijk wordt opgeslagen. 


Het is dus belangrijk om, voordat de les begint, het leerdoel te benoemen. 

De leerstof  op school werkt vanuit het principe bottom up: het steeds toevoegen van puzzelstukjes van informatie totdat er uiteindelijk een geheel ontstaat.

Het stampen van rijtjes of tafels is voor hoogbegaafde mensen dan ook niet te doen. "Waarom zal ik uit mijn hoofd leren dat 6X3=18 is. Ik kan het toch ook uitrekenen.

Hoe weet je dat je kind eenzaam is.

Als je je eenzaam voelt, mis je verbinding met anderen. Iedereen voelt zich wel eens alleen maar als je je lange tijd eenzaam voelt ga je dit in je hele lichaam merken.

Vaak zijn er lichamelijke kenmerken zoals: moeheid, weinig weerstand, weinig eetlust, onverzorgd uiterlijk. Psychische kenmerken zoals: negatief zelfbeeld, boosheid en verdrietig. Gedragsmatige kenmerken zoals: teruggetrokken, claim gedrag en verslavingsgevoelig. 
Als je dit gedrag herkent bij iemand of bij jezelf trek dan aan de bel! En ga in gesprek!